- Afb.1 Instrumentenpaneel: Kilometerteller
- Afb.2 Instrumentenpaneel: Resetknop
- Afb.3 Instrumentenpaneel: SET-toets
Het instrument geeft de gereden afstand aan.
De weergave van het afgelegde traject gebeurt in kilometers „km“ resp. in „mijlen“.
De meeteenheden (kilometers/mijlen) kunnen op de radio of in de MMI* met de SETUP-toets worden gewijzigd.
Kilometerteller/dagteller
De kilometerteller geeft de kilometers of de mijlen aan, die de wagen in totaal heeft afgelegd.
De dagteller geeft de afstand aan, die gereden is, nadat de dagteller voor de laatste keer is teruggezet. Hiermee kunnen korte afstanden worden gemeten. Het laatste cijfer geeft een afstand van 100 meter of 1/10 mijl aan.
De dagteller kunt u op nul terugzetten door de resetknop 0.0 Afb.2 in te drukken.
Storingsindicatie
Als er een storing in het instrumentenpaneel is, wordt op het displayveld van de dagteller continu dEF weergegeven. Laat de storing zo snel mogelijk verhelpen.
Wegrijblokkering
Als u het contact inschakelt, worden automatisch de data van de wagensleutel afgevraagd.
Indien een niet-geautoriseerde contactsleutel werd gebruikt, wordt in het displayveld van de kilometerteller voortdurend SAFE weergegeven. De wagen kan dan niet in gebruik worden genomen Link.
Aanwijzing
- Nadat het contact is uitgeschakeld, worden de datum, de tijd en de gereden afstand nog gedurende 30 seconden weergegeven.
- De digitale klok en de kilometerteller worden bij het openen van het bestuurdersportier gedurende ca. 30 seconden ingeschakeld.
- Bij uitgeschakeld contact kunt u de kilometerteller ca. 30 seconden inschakelen door de SET-toets in te drukken Afb.3 Link.