De interieurvoorverwarming of -voorventilatie verwarmt resp. koelt het interieur onafhankelijk van de motor.
De interieurvoorverwarming werkt onafhankelijk van de motor in combinatie met de airconditioning. De interieurvoorverwarming werkt doordat de brandstof verbrandt. De interieurvoorverwarming wordt in de eerste plaats gebruikt voor het verwarmen van het interieur van de wagen en het ontwasemen van de ruiten.
De interieurvoorverwarming kan zowel bij afgezette motor als ook tijdens het rijden als extra verwarming (bijvoorbeeld tijdens de warmdraaifase van de motor) worden gebruikt.
De interieurvoorventilatie werkt eveneens onafhankelijk van de motor. Door aansturing van de ventilatormotor is het mogelijk de binnentemperatuur van de in de zon geparkeerde wagen effectief te verlagen.
De door u ingestelde temperatuur in het bedieningspaneel van de airconditioning en de werkelijk gemeten temperatuur in het interieur van de wagen beslissen welke functie (interieurvoorverwarming of interieurvoorventilatie) wordt ingeschakeld. De temperatuur kan ook bij actieve interieurvoorverwarming/-voorventilatie worden gewijzigd.
In- en uitschakelen
Voor het inschakelen van de interieurvoorverwarming/-voorventilatie staan twee mogelijkheden ter beschikking.
- Direct starten: u kunt de interieurvoorverwarming/-voorventilatie op de radio of in de MMI* te allen tijde uit- en inschakelen Link. Ook door middel van de radiografische afstandsbediening kunt u de functie in- en uitschakelen Link.
- Via timers inschakelen: via de timers kunnen verschillende starttijden worden geprogrammeerd Link. De interieurvoorverwarming/-voorventilatie schakelt op het door u aangegeven tijdstip echter alleen dan automatisch in als de timer is geactiveerd.
Na aflopen van de gebruiksduur schakelt de interieurvoorverwarming/-voorventilatie automatisch uit. De gebruiksduur kan worden ingesteld op 15, 30, 45 of 60 minuten Link.
ATTENTIE!
- De interieurvoorverwarming mag in een gesloten ruimte niet zijn ingeschakeld - gevaar voor vergiftiging!
- De interieurvoorverwarming mag tijdens het tanken niet zijn ingeschakeld - brandgevaar!
- Vanwege de hoge temperaturen die bij het gebruik van de interieurvoorverwarming voorkomen, moet u de wagen zo parkeren, dat de hete uitlaatgassen aan de onderzijde van de motorafdekking ongehinderd naar buiten kunnen en niet direct met licht ontvlambaar materiaal in contact komen.
Aanwijzing
- Voor de werking van de interieurvoorverwarming adviseren wij de luchtroosters te openen.
- De interieurvoorverwarming schakelt niet in als het brandstofpeil in het reservegebied staat.
- De interieurvoorverwarming/-voorventilatie schakelt niet in bij te lage accuspanning.
- Bij ingeschakelde interieurvoorverwarming/-voorventilatie knippert het controlelampje (interieurvoorventilatie) resp. (interieurvoorverwarming) op het display in het instrumentenpaneel. Als een timer actief is, branden beide controlelampjes.
- Bij lage buitentemperaturen kan er bij de motorruimte waterdamp worden gevormd. Dit is een heel normaal verschijnsel en daarom geen reden om u zorgen te maken.