Audi Q5   Bediening   Rijden  Elektromechanische parkeerrem
Geldt voor wagens: met Audi hold assist
Audi hold assist ondersteunt de bestuurder bij wagenstilstand en wegrijden, doordat de wagen automatisch tegen wegrollen wordt beveiligd.
Met de ingeschakelde functie Audi hold assist wordt de wagen in stilstand tegen wegrollen beveiligd zonder dat u voortdurend het rempedaal moet intrappen.
Voorwaarden voor het inschakelen van de Audi hold assist
Het bestuurdersportier is gesloten.
De bestuurder heeft de veiligheidsgordel omgegespt.
De motor is gestart.
Audi hold assist inschakelen
Knop -B- Afb.1 in de middenconsole indrukken om de Audi hold assist in te schakelen. Het controlelampje in de knop gaat branden.
Audi hold assist uitschakelen
Knop -B- Afb.1 indrukken om de Audi hold assist uit te schakelen. Het controlelampje in de knop gaat uit.
Als u op knop -B- drukt, terwijl de wagen door de Audi hold assist wordt stilgehouden, wordt de functie automatisch overgenomen door de elektromechanische parkeerrem . De functie wordt niet overgenomen, indien gelijktijdig de voetrem wordt ingetrapt.
Audi hold assist wordt automatisch uitgeschakeld, indien u het bestuurdersportier opent, de gordel losmaakt of de motor afzet. Als dit gebeurt terwijl het groene controlelampje in het instrumentenpaneel brandt, dan wordt de parkeerrem automatisch ingeschakeld om de wagen veilig te parkeren.
Audi hold assist ondersteunt de bestuurder, indien de wagen bij draaiende motor veelvuldig of lang op de plaats stilgehouden moet worden, bijvoorbeeld op een helling, voor een stoplicht of in langzaamrijdend en stilstaand verkeer. Als u de wagen met ingeschakelde Audi hold assist stilhoudt, hoeft deze niet door voortdurend intrappen van de voetrem tegen onbedoeld wegrollen te worden beveiligd. Nadat de stilstand is herkend, neemt de Audi hold assist het stilhouden van de wagen over. Dit wordt met het groene controlelampje in het instrumentenpaneel weergegeven. De bestuurder kan het rempedaal loslaten.
De rem wordt automatisch losgezet en de wagen begint te rijden, als de bestuurder zoals gewoonlijk wegrijdt.
Als tijdens stilstaan van de wagen één van de voorwaarden voor de Audi hold assist verandert, wordt de parkeerrem automatisch ingeschakeld om de wagen veilig stil te zetten. Audi hold assist wordt uitgeschakeld en het controlelampje in de knop gaat uit.
ATTENTIE!
De intelligente techniek van de Audi hold assist kan de natuurkundig bepaalde grenzen niet overschrijden. Het aangeboden hogere comfort van de Audi hold assist mag u niet ertoe verleiden een veiligheidsrisico te nemen.
  • Audi hold assist kan niet in alle gevallen de wagen op een helling stilhouden (bijvoorbeeld op een gladde of bevroren ondergrond).
  • Audi hold assist moet elke keer nadat de motor wordt gestart opnieuw worden ingeschakeld - gevaar voor ongevallen!
  • Nooit bij ingeschakelde Audi hold assist en draaiende motor de wagen verlaten - gevaar voor ongevallen!
  • Let er altijd op dat u de wagen correct en veilig stilzet om schade aan uzelf en anderen te voorkomen.
Voorzichtig!
Schakel Audi hold assist uit, voordat u met de wagen een wasstraat inrijdt.
Aanwijzing
  • Audi hold assist kan alleen worden ingeschakeld, als het bestuurdersportier is gesloten, de bestuurder de gordel heeft omgegespt en de motor is gestart.
  • Bij ingeschakelde Audi hold assist wordt bij de automatische versnellingsbak het kruipgedrag voorkomen dat na het loslaten van het rempedaal bij ingeschakelde rijstand ontstaat.
  • Na langere periode van stilstand van de wagen kan de werking van de Audi hold assist aan de parkeerrem worden overgedragen. Dit herkent u doordat in het instrumentenpaneel het groene controlelampje in een rood controlelampje verandert.